Vraag 03 |
||
---|---|---|
Door: Ad Mooldijk
|
Datum:
Zaterdag
14
maart
2020,
21:32 uur
Plaats hier uw vraag of reactie of mening. |
Antwoord: |
||
---|---|---|
Door: Eijkelkamp
|
Datum:
Vrijdag
21
mei
2021,
17:40 uur
Vraag 3 levert allerlei fouten op. Zo gebruiken leerlingen voor c 0,46 ipv 0,46 x 10^3. Betekent dat dat ze het eerste bolletje kwijt zijn? Tweede: veel leerlingen gaan aan het rekenen met de formule van warmtegeleiding. P = labda x A x delta T/d. Als je dat allemaal goed doet, zou je dan niet het laatste bolletje alsnog verdienen? |
||
Door: Bax
|
Datum:
Vrijdag
21
mei
2021,
17:44 uur
Dat eerste bolletje krijg je als je Q=c·m.ΔT gebruikt, waarbij ze van (minstens) één symbool de waarde in moeten vullen die past bij de betreffende grootheid. Dus als m of ΔT correct zijn kun je alsnog dat eerste bolletje toekennen. |
||
Door: Bax
|
Datum:
Vrijdag
21
mei
2021,
17:46 uur
Dat gebruik van P kan geen punten opleveren voor 'completeren' omdat het een foutief gecombineerd antwoordelement is. |
||
Door: Kortstra
|
Datum:
Vrijdag
21
mei
2021,
17:48 uur
Als ze alleen 0,46 gebruiken zonder de 10^3 dan is inderdaad het eerste bolletje niet meer verdiend, completeerpunt zou dan nog wel kunnen. Als ze oplossen met de warmtegeleidingscoëfficient dan kan m.i. bolletje 2, 3 en 4 nog wel behaald worden. Completeerpunt niet vanwege 'antwoordelementen foutief met elkaar gecombineerd' |
||
Door: Huub Franzel
|
Datum:
Zaterdag
22
mei
2021,
10:57 uur
Als ze P uitrekenen met warmtegeleiding dan wordt dat gecombineerd met E=P.t en gebruiken ze P=U.I niet (geen 3e bolletje). Dan wordt ook ook lastig om het completerenpunt te gaan geven. Of ben ik te streng? Ik geef ook maar max 2 punten als ze Q goed uitrekenen en dan gaan invullen in I=Q/t. Soms kunnen ze 3 punten krijgen als ze nog die 15% goed inzetten. Ben ik dan hier ook te streng? |
||
Door: Jacco Dankers
|
Datum:
Zaterdag
22
mei
2021,
14:24 uur
Als een leerling voor P de warmtestroom berekent, kost dat het derde bolletje, want er is geen gebruik gemaakt van P=UI. Maar het is wel een vermogen, dus het completeren kan nog wel, als dit vermogen wordt gebruikt in t = E/P. Er is dan geen sprake van foutief combineren van antwoordelementen, maar van het goed combineren van antwoordelementen. Dat één element zelf niet de juiste waarde heeft, is al afgestraft bij het 3e bolletje. En er is ook geen sprake van een substantiële vereenvoudiging. Als een leerling Q berekent en daarna invult in t = Q/I, dan is er wel sprake van het foutief combineren van antwoordelementen, want dan wordt een energie ingevuld op de plek van een lading, dus dan vervalt het completeren wel (én het is een versimpeling). |