Vraag 05

Vraag 05

Door: Jamie Meijer | Datum: Maandag 12 mei 2025, 14:01 uur

Plaats hier jouw vragen, opmerkingen of overdenkingen.

Antwoord:

Door: Peters | Datum: Zaterdag 24 mei 2025, 13:33 uur

"Dat de cellen zich nog konden delen" klinkt ook als een heel logisch antwoord. Er zijn bijna geen celtypen die gedifferentieerd (als niet-stamcel) nog kunnen delen, in ieder geval niet bij de drie celtypen waarvan gezegd wordt dat ze onderdeel uitmaken van de gifklieren. Ik reken dit dus ook goed.

Door: van Emmerik | Datum: Maandag 26 mei 2025, 11:09 uur

Ik ga ervan uit dat er een reden is dat 'stamcellen kunnen zich delen' niet als optie bij het antwoordmodel staat. We leren de leerlingen dat de essentie van een stamcel immers is: 'Stamcellen zijn cellen die zich nog niet hebben ontwikkeld tot een bepaald type cel en nog geen specifieke functie hebben.' Ik heb hier het antwoordmodel gevolgd en het niet goed gerekend.

Door: Peters | Datum: Maandag 26 mei 2025, 13:43 uur

Er is ook niks mis met je definitie hoor, al heb ik in de loop der tijd afgeleerd om blind te vertrouwen op de beperkingen van het cv.

Ter verduidelijking: als we er van uitgaan dat de cellen in de opgave, die nog delen en differentiëren, geen kankerachtige mutaties hebben opgelopen (we mogen immers uitgaan van gezonde cellen) zijn de voorlopers van de drie genoemde celtypes dus stamcellen en/of progenitorcellen. Beide zijn nog niet gedifferentieerd en kunnen nog delen, dus het geleverde 'bewijs' duidt net zo goed op stamcellen als op progenitorcellen. Progenitorcellen zijn ook nog niet gedifferentieerd en aangezien ze niet tot de vwo-stof behoren vallen ze voor leerlingen dus net zo goed onder de stamcellen (zoals je zelf al zegt: cellen die nog kunnen differentiëren).

Met andere woorden: het vermogen nog te kunnen delen duidt in dit geval net zo goed op stamcellen als het vermogen nog te kunnen differentiëren. Of zie ik nu iets over het hoofd?