Vraag 4

Vraag 4

Door: Ronald Korporaal | Datum: Zondag 1 april 2018, 09:12 uur

Hier uw reactie.

Antwoord:

Door: Dorine Coenen | Datum: Zondag 27 mei 2018, 20:06 uur

Ik ben geneigt 2 pt te geven voor de volgende antwoorden:

  • zouten hebben positieve en negatieve ionen. Deze kunnen stroom geleiden omdat stroom van - naar + gaat en vv.
  • Ionen hebben ladingen. Het positieve deeltje trekt het negatieve deeltje aan waardoor stroomgeleiding optreedt.

Door: van Rijckevorsel-Krijnen | Datum: Zondag 27 mei 2018, 20:47 uur

Het nut van een elektrolyt is dat de stof in staat is om het ladingsverschil dat ontstaat door elektronen-overdracht te neutraliseren. Daartoe moeten de deeltjes in staat zijn zich te verplaatsen. Het zich kunnen verplaatsen is dus hetgeen waar een tweede punt voor toegekend mag worden.

Dat "stroom van - naar + gaat", verklaart in zijn geheel niet dat de ionen in de oplossing zich kunnen verplaatsen en is bovendien nog fout ook, want stroom gaat van + naar -, tenzij de leerling elektronen bedoelt, maar in dat geval is het 'vv' harstikkte fout. Dus ik zou maximaal 1 punt toekennen aan dit antwoord.

"Het positieve deeltje trekt het negatieve deeltje aan " verklaart net zo min de beweeglijkheid van de ionen, en gaat net zo goed op voor vaste zouten als voor opgeloste zouten. Echter vaste zouten kunnen geen stroom geleiden. Dus maximaal 1 punt naar mijn mening.

Door: Ton van Berkel | Datum: Woensdag 30 mei 2018, 11:55 uur

Deze vraag is algemeen geformuleerd en slaat niet specifiek op de erboven beschreven situatie.
Het correcte antwoord is in dit geval volgens mij, anders dan in het cv vermeld, “ionen en die kunnen voor stroomgeleiding zorgen omdat ze geladen zijn”. Het kunnen bewegen is geen criterium voor het kunnen geleiden van stroom want moleculen kunnen ook bewegen en die zorgen toch niet voor het geleiden van stroom.
Om het in het cv gewenste antwoord te krijgen had de vraag bijvoorbeeld als volgt geformuleerd kunnen zijn: “…. en geef aan waardoor ze in dit geval voor stroomgeleiding kunnen zorgen.”
Ton van Berkel

Door: Arjan van Ginneken | Datum: Woensdag 30 mei 2018, 16:25 uur

Beste Ton,

voor het geleiden van stroom zijn vrij bewegende geladen deeltjes nodig. Door ionen te noemen heeft de leerling het al over geladen deeltjes; 1 punt. De leerling zal dan ook nog moeten aangeven dat ze kunnen bewegen, nog een punt.

Door: Ton van Berkel | Datum: Woensdag 30 mei 2018, 20:52 uur

Dag Arjan,Volgens het cv is een punt te verdienen met de naam (ionen) en ook een punt door aan te geven waardoor ionen voor stroomgeleiding kunnen zorgen. Dat komt toch doordat ze lading hebben? Moleculen bijvoorbeeld kunnen dat niet. Of de stroomgeleiding inderdaad plaatsvindt hangt inderdaad af van het wel of niet kunnen bewegen, maar het (kunnen) bewegen op zich zorgt niet per se voor stroomgeleiding.

Door: Arjan van Ginneken | Datum: Vrijdag 1 juni 2018, 10:50 uur (Bewerkt op: 01-06-2018 10:54)

Misschien dat het CV het een beetje ongelukkig beschrijft. Maar als ik door mijn oogharen kijk dan zien ik:

- het moeten geladen deeltjes zijn; ionen. 1 p.

- die geladen deeltjes moeten kunnen bewegen. 1p.

Volgens het CV moet dat beide expliciet vermeld zijn, en dat is ook chemisch correct. Lijkt me eenduidig na te kijken. Door het woord ionen bij het tweede bolletje te noemen voorkomen ze dat lln die spreken over elektronen of andere deeltjes het tweede bolletje krijgen. Daar kun je over twisten, het geeft namelijk wel wat begrip van de situatie aan, maar het CvTE vindt dat blijkbaar belangrijk.

EDIT: de vraag terug lezend denk ik dat ik snap wat je bedoeld. Het gaat om het woord kunnen. Ionen kunnen stroomgeleiden afhankelijk van de situatie (opgelost of gesmolten zouten), moleculen kunnen dat nooit. Dus een antwoord als "ionen want die zijn geladen" zou taalkundig een correct antwoord zijn op de vraag. Hoewel de vraag zo blijkbaar niet bedoeld was. Ik zou zeggen ga naar het CvTE of ga de discussie met de 2e corrector aan.