Noteer hier uw vragen of commentaar bij deze vraag.

Leerling gebruikt de formule voor deeltje in een doosje en concludeert dat dit de andere massa, En ook verandert. Hij noemt uiteraard niet de gewijzigde frequentie, en mist daardoor sowieso het eerste bolletje. Maar heeft hij nog wel recht op het tweede bolletje?

Veel leerlingen zeggen niets over de frequentie, maar melden dat door de andere massa de energieniveaus veranderen. Dan lijkt me 1ste bol niet, maar kan 2de bol dan nog wel?

@Ruben en @Liliane: als je de "daarom" van het tweede bolletje niet al te strikt interpreteert, is het te verdedigen om na een misgelopen 1e bolletje toch het 2e bolletje te geven voor de verandering in overgangen, als er maar wel iets zinnigs is gezegd over anders liggende energieniveaus.

Zou het fruitvliegjesexperiment niet ook met het sleutel-slot-model te verklaren zijn? De energieniveaus zijn anders, maar de veerconstante blijft gelijk. Dat betekent dat de amplitude van de trilling van het massa-veersysteem (lees: de afstand tussen het C-atoom en het H-atoom) anders wordt. Dat geeft het molecuul een (iets) andere vorm, waardoor het blijkbaar niet meer in het slot van de receptor past.

Bolletje 1 vraagt alleen het inzicht dat de frequentie verandert als de massa verandert. Niet hoe hij verandert. Ik heb een leerling die de fout maakt dat de frequentie groter wordt bij deuterium. Volgens het cv zou ik hem wel de 2p moeten geven. Zie ik iets over het hoofd?

Verder valt mij op dat het cv het argument niet afmaakt. De verschillen tussen de energieniveaus zijn anders bij de C-D binding en daardoor past het energieverschil niet meer bij de overgang van de acceptor/receptor die wel past bij de C-H binding. Daardoor geeft de receptor geen signaal af wordt deze stof niet geroken. Dat wordt ook waargenomen, dus klopt de voorspelling van het model van Turin bij de waarneming. 

Tja, dat is inderdaad 2p...

En ja, jammer dat je gezien de vraagstelling eigenlijk nog een halve pagina had moeten doorschrijven, terwijl daar geen punten meer voor worden toegekend. Ik denk dat hier ook de subdomeinen A5, A7 en H getoetst worden. Komt alleen niet zo uit de verf. Ik zou er helemaal niet tegen zijn om dit soort redeneringen wat uitgebreider aan bod te laten komen, dit zijn waardevolle vaardigheden voor een wetenschapper (of beleidmaker, adviseur, etc.). Maar dan wel wat beter gestructureerd en met helderder argumentatie dan hier gebeurt.

Een leerling toont netjes aan dat de grotere massa leidt tot een grotere f voor het eerste bolletje. Is het tweede bolletje ook toe te kennen als een leerling schrijft dat volgens het model van Turin een andere f een andere geur betekent volgens het model van Turin en dat het experiment dit bevestigt?

Dat is een completere uitleg dan het cv geeft. Maar er ontbreekt één detail in deze uitleg: waarom geeft ahdere f een andere geur?

Wat als een leerling zegt "massa neemt toe, dus kans op tunnelen neemt af dus fruitvliegjes zullen het minder goed kunnen ruiken. Dat kan een ondersteuning zijn voor het quantumtunneling model van Turin". Dat is niet wat het antwoordmodel wil, maar volgens mij fysisch wel correct. regel 3.3 toepassen?

Het tunnelende deeltje is het elektron dat van donor naar acceptor gaat, niet het H- danwel D-atoom in het geurmolecuul. Dit antwoord is dus niet correct.