Vraag 25 |
||
---|---|---|
Door: Ad Mooldijk
|
Datum:
Donderdag
9
mei
2019,
16:44 uur
hier uw vragen, opmerkingen over deze vraag. |
Antwoord: |
||
---|---|---|
Door: Jahangir
|
Datum:
Zondag
12
mei
2019,
17:10 uur
(Bewerkt op: 12-05-2019 18:11)
Ik kom redelijk vaak tegen dat leerlingen wel zeggen dat de electroneutraliteit hersteld moet worden o.i.d., maar niet expliciet zeggen dat dat in een verhouding van 1:1 moet. Dat is juist hetgene waar ze een punt voor krijgen, per OH- 1 positief deeltje, en ik reken het dus niet goed. Ben ik hier te streng, het CV spreekt tenslotte va notie..? |
||
Door: Schaareman
|
Datum:
Zondag
12
mei
2019,
18:15 uur
Zou ik goed rekenen. Elektroneutraliteit (bij OH- en H+ / NH4+) is 1:1. |
||
Door: van Rijckevorsel-Krijnen
|
Datum:
Maandag
13
mei
2019,
07:07 uur
Eerste vraag: Als een leerling het volgende antwoord: "De NH4+ en H+ die het membraan passeren reageren met OH- en dus blijft de pH gelijk" verdient de leerling dan niet direct beide bolletjes? Wanneer de verhouding namelijk niet 1:1 zou zijn dan bleef de pH niet gelijk maar zou dalen of alsnog stijgen..... die noties bezorgen mij altijd een hoop hoofdbrekens. Tweede vraag: Er is volgens mij vakinhoudelijk niets fout door een toevoeging dat NH4+ en H+ "dus een bufferende werking hebben" ofwel? |
||
Door: Hurenkamp
|
Datum:
Maandag
13
mei
2019,
10:58 uur
Die "bufferende werking" zou bij mij verdedigbaar zijn bij de 2e bol. |
||
Door: Bianca Butter
|
Datum:
Dinsdag
14
mei
2019,
08:57 uur
Als ik de syllabus goed doorlees hoeven de leerlingen de zuurwerkende kracht van NH4+ niet te kennen. (domein B1.8) Het cv geeft voor het tweede bolletje de vermelding dat zowel NH4+ als H+ reageert met OH-. Ik heb het idee dat dit dus niet kan. Of zie ik iets over het hoofd? |
||
Door: Lam
|
Datum:
Dinsdag
14
mei
2019,
09:07 uur
Alleen H+ lijkt mij voldoende in verband met de molverhouding. |
||
Door: Daemen
|
Datum:
Woensdag
15
mei
2019,
17:01 uur
Een zeer compact antwoord zou bij mij volgend antwoord krijgen. Is dit te rechtvaardigen? NH4+ en H+ reageren met OH- is bolletje 2 tot water is bolletje 1 |
||
Door: van Rijckevorsel-Krijnen
|
Datum:
Woensdag
15
mei
2019,
23:21 uur
(Bewerkt op: 15-05-2019 23:22)
In de kringbespreking in Nijmegen werd het als volgt uitgelegd: Voorbeeld bolletje 2: H+ en NH4+ reageren met OH- (tot water) zodat de pH niet verandert Levert dus slechts 1 punt op. Dit antwoord bevat alleen de notie van de leerling dat er een zuur-base reactie plaatsvindt (in dezelfde verhouding van zuur met base). Voor bolletje 1 is een notie van herstel van elektroneutraliteit nodig, dus moet over ladingtransport gaan. Die dan 1:1 is in dit geval. Dus zegt men op de kringbespreking krijg je voor het hierboven genoemde antwoord slechts 1 punt. Hoewel de leerling duidelijk maakt dat de stoffen in een verhouding 1:1 reageren, omdat de pH niet verandert, legt de leerling niet uit waarom er een verhouding van 1:1 aanwezig is, wat een gevolg is van die elektroneutraliteit. En dat laatste is hetgeen je het eerste bolletje voor mag toekennen. Dus zo heb ik het dan maar nagekeken. Nu is voor mij het eerder gegeven antwoord op mijn vraag van collega Hurenkamp ook duidelijk! Ik 'las' het correctiemodel heel anders. |
||
Door: Wiersma
|
Datum:
Zaterdag
18
mei
2019,
11:41 uur
Ik ben benieuwd wat jullie met het volgende doen: In de tekst wordt gesproken over Na+ en K+. Er is een handjevol leerlingen die goed beginnen over de reactie van NH4+ en H+ tot H2O. Echter gaan ze daarna aan de haal met Na+ en K+ met de opmerking dat daar niet voor wordt geneutraliseerd. Onzin natuurlijk, maar hoe hier mee om te gaan? Ik doe nu het volgende: Bolletje 1 niet, want dit geeft bijna geen leerling aan. Bolletje 2 wel, maar een minpunt voor de fout met Na+ en K+. Leerlingen komen dus uit op nul punten. Wat vinden jullie? Is bolletje 2 toch verdedigbaar of zijn jullie het met mij eens? |
||
Door: Wouter den Boer
|
Datum:
Woensdag
22
mei
2019,
11:03 uur
Met je eens. |