Vraag 17

Antwoord:

Door: van Rijckevorsel-Krijnen | Datum: Zondag 12 mei 2019, 15:08 uur

@ Wilke: op basis van vakinhoudelijk argumenten fout zou ik zeggen

Door: Beens | Datum: Zondag 12 mei 2019, 20:22 uur

Wat te doen met een leerling die ipv 1 cyaanzuurmolecuul er 3 verschillende tekend en die verder wel goed koppeld?

1 of 2 pnt?

Door: Molenkamp-Gorter | Datum: Zondag 12 mei 2019, 20:57 uur

Dat voldoet niet aan de opgave, dus 1p lijkt me.

Door: Tobias Schrama | Datum: Maandag 13 mei 2019, 10:17 uur (Bewerkt op: 13-05-2019 10:18)

Ik zou zeggen aan de hand van de verwoording van de opgave nog wel te onderbouwen als ze 3 moleculen hebben getekend en dan ieder 1 binding laten maken. je laat zien hoe melamine ieder gebonden is door middel van Hbruggen aan een cyaanzuur.

Door: van Rijckevorsel-Krijnen | Datum: Maandag 13 mei 2019, 11:36 uur

Niet mee eens. Er staat in de opgave duidelijk dat er 3 H-bruggen tussen twee dezelfde moleculen gevormd dienen te worden. Dus ik zou alleen volle punten toekennen wanneer er 3 cyaanzuur moleculen getekend zijn met ieder 3 H-bruggen met melamine.

Door: Ludden | Datum: Vrijdag 17 mei 2019, 15:35 uur

Maar hoeveel punten ken je dan toe als een leerling 3 x cyaanzuur heeft getekend en vanuit elk cyaanzuurmolecuul maar 1 H-brug? 1p?

Door: Arthur van der Heiden | Datum: Zaterdag 18 mei 2019, 19:20 uur (Bewerkt op: 18-05-2019 19:33)

Mag je hier eigenlijk wel van H-bruggen in de klassieke zin spreken? Melamine (plat molecuul) is geen dipoolmolecuul, dus kan geen H-bruggen vormen (vergelijk CO2 in H2O). Cyanuurzuur volgens mij evenmin. Op https://en.wikipedia.org/wiki/Melamine_cyanurate spreken ze ook van H-bruggen, maar dat is wellicht volgens de wat nieuwere definitie. Geen enkele leerling maakt er een probleem van, maar ik vroeg het me toch af.

Door: Wouter den Boer | Datum: Woensdag 22 mei 2019, 10:58 uur

Maar...je hebt voor waterstofbruggen toch ook geen polair molecuul nodig? Het is eerder een datieve binding, waarbij het elektronenpaar weldegelijk vanuit een electronegatief atoom dient te komen. Het is dus geen molecuuleigenschap, maar een groepseigenschap.

Juist het feit dat de waterstofbruggen eigenlijk practisch gelijk zijn aan/afgewisseld worden met de mogelijke aanwezige covalente bindingen met waterstofatomen, bewijst dit.

Leuke discussie....

 

Door: van Dam | Datum: Donderdag 23 mei 2019, 13:19 uur

Begrijp ik van jullie nu goed dat jullie vinden dat bij het beantwoorden van de vraag er geen rekening gehouden hoeft te worden met gegevens uit de tekst ?!?!!!

Er staat toch in de tekst (precies de zin erboven) dat er een platte laag ontstaat. Dan moet hier toch rekening mee worden gehouden, en dan is bol 2 toch enkel juist wanneer lln waterstofbruggen vormen die zorgen dat de moleculen plat naast elkaar blijven! Er blijven dan alsnog meerdere mogelijkheden, maar niet helemaal over het molecuul heen naar de andere kant!

Ik zou wel willen weten wat het cvte hiervan vind...

 

Door: Wouter den Boer | Datum: Donderdag 23 mei 2019, 23:02 uur

Bijzonder dat je er zo stellig vanuit gaat dat platte lagen niet kunnen bestaan uit gestapelde setjes, of zelfs een stapel in zijn geheel. Of moet plat altijd weergegeven worden vanaf de bovenkant of onderkant?