Veel van mijn leerlingen berekenen eerst de reactiewarmte en rekenen hem daarna om naar 1 mol ammoniak door te delen door 4. Ik had het ook zo berekend. Laatste rekenstap is de rest van de berekening? Aan de andere kant kun je zeggen dat het een coefficient is. Ik vind dat het correctiemodel hierover duidelijkheid moet geven.

Moeten echt de absolute waardes gegeven worden? ik heb leerlingen die hem verwerkt hebben (voor de pijl teken omdraaien).

Ik interpreteer het dat de opgezochte waarden, ongeacht een + of - teken, juist zijn.

Dat mag, zie tweede opmerking. Daarin zijn de tekens ook direct verwerkt.

Ik heb bij het CVTE om duidelijkheid gevraagd ten aanzien waar de factor 'delen door vier' aangerekend moet worden, het tweede of derde bolletje. Hieronder het antwoord. (tweede bolletje dus)

_____________________________________________

Dank voor uw bericht. U geeft aan dat het correctievoorschrift, betreffende vraag 22, onvolledig is. Wij hebben uw opmerking voorgelegd aan de vakdeskundigen en ontvingen het volgende antwoord:

Onder bol 2 vallen inderdaad alle fouten die te maken hebben met verwerken van coëfficiënten (verkeerde coëfficiënten gebruikt of vergeten te delen om naar de juiste stof te komen). In het artikel wordt dit niet expliciet genoemd. Wel wordt genoemd dat fouten in plus/min en de factor 10⁵ onder bol 3 vallen. In bol 2 en bol 3 worden dus twee verschillende inzichten benoemd, die los van elkaar dienen te worden beoordeeld. Het zou leiden tot verschillen in beoordeling als een docent fouten in de coëfficiënten aanrekent in bol 3.
_____________________________________________

Let op, want in de kringbespreking in Nijmegen wordt gezegd dat dit het 3de bolletje is!