Er waren allerlei verrukkelijke soepen, haaievinnen en eetbare vogelnestjes, die naar bedorven gelatinepudding smaakten, gebraden visseningewanden en tien jaar oude eieren, lichtbruin, een beetje sterk van smaak en met een donkere kern als niertjes. Uit: Beb Vuyk, Het laatste huis van de wereld, 1939
NVOX
Dit artikel is alleen toegankelijk voor leden van NVON. Wil je verder lezen?
Log dan eerst in