Het zijn magische stukjes glas die schijnbaar niet kapot te krijgen zijn: Prince Rupert’s drops, de kikkervisvormige glazen druppels van een paar centimeter groot. Sla er met een mokerhamer op, zet ze in een bankschroef of schiet er met een vuurwapen op: geen splinter zal hij toegeven. De kop van de druppel is ijzersterk. Het paradoxale is dat als je de staart tussen duim en wijsvinger afbreekt, hij explodeert en je van de druppel niet meer dan gruis overhoudt. Al vier eeuwen lang is hij voor wetenschappers een intrigerend fenomeen. Tegenover de fragiliteit van het glazen voorwerp staat de kracht van de mokerhamer en het destructieve vermogen om uiteen te vallen in duizenden korreltjes. Vanwege deze dramatische tegenstelling heeft de Prince Rupert’s drop ook al die eeuwen zijn amusementswaarde kunnen behouden.
NVOX
Dit artikel is alleen toegankelijk voor leden van NVON. Wil je verder lezen?
Log dan eerst in
