Het Clusius College heeft in Hoorn het Clusius Lab gebouwd, een meetingpoint voor innovatief vakmanschap in de tuinbouw en uitgangsmaterialen (zaden). School en bedrijfsleven slaan er de handen ineen om goede vaklui af te leveren. Ook hier gaan vmbo-leerlingen zelf aan de slag met aquaponics. Hoe werkt dat precies? We vroegen het aan de projectleidster van het lab, Nancy Boterblom.
Hoe is het Clusius Lab ontstaan?
Tien jaar geleden is het kabinet begonnen met het topsectorenbeleid, en zijn kennisgebieden aangewezen waar Nederland internationaal in uitblinkt. De agrarische sector kreeg er twee: Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en Agri & Food. Noord-Holland heeft een sterk economisch cluster in de uitgangsmaterialen: zaden en veredeling.. Clusius Lab heeft een belangrijke rol om innovaties en onderzoek naar de school toe te brengen. Zo maken mbo-studenten als snel kennis met de nieuwste ontwikkelingen binnen teelt en veredeling. Aquaponics is een voorbeeld van zo’n innovatie en het wordt ingezet in het reguliere vmbo en mbo.
Wat voor aquaponics-opstelling hebben jullie staan?
In het lab staan twee bassins met een diameter van ongeveer 3 meter, met daarin koikarpers. Een bewegend bedfilter zet, met behulp van bacteriën, afvalstoffen tot nitraten om. Hierna wordt het water geleid over teeltgoten, waar gewassen staan: komkommers, paprika’s of tomaten. We gebruiken geen meststoffen, en verspillen nauwelijks water.
Wie volgen er onderwijs in het Clusius Lab?
Samen met experts uit het bedrijfsleven hebben we een mbo-keuzedeel veredeling ontwikkeld. Zo krijgen wij specialistische kennis, en borgt het bedrijfsleven de instroom van goed kwalificeerde medewerkers. Ook vmbo-leerlingen kunnen terecht in het lab: we organiseren workshops om te laten zien wat je gaat doen bij mbo plantenteelt. Zo ervaren leerlingen dat je, naast het standaard beeld van akkerbouwer, met plantenteelt ook belangrijk werk op de proefvelden of in de kas kunt gaan doen. De workshops worden aangeboden binnen de acht Clusiusvestigingen, en ook andere vmbo-scholen komen langs. Het Clusius Lab is een kas met allerlei verschillende kleine units. Door die variatie is het leuk om naartoe te gaan.
Wat komt er aan bod in een aquaponics-workshop?
Leerlingen gaan aan de slag met verschillende vakgebieden: zo meten ze de waterkwaliteit om te kijken of er voldoende zuurstof in zit, en niet te veel afvalproducten. Ook analyseren ze de dierverzorging: is deze situatie gezond? Vertonen de dieren natuurlijk gedrag? Eten en groeien ze goed? Daarnaast kunnen we de teeltgoten apart schakelen: een goot met conventionele bemesting, en een bemest via vissenpoep. Zie je dan het verschil? Kun je het proeven? Zo maken leerlingen kennis met het hele systeem.
Wat vinden leerlingen ervan?
Bij de vmbo-groen leerlingen ontbreekt het niet aan motivatie; die gaan enthousiast met het materiaal aan de slag. Dat is met een groep basis-kader leerlingen soms anders, want het onderwerp plantenteelt en aquaponics spreekt natuurlijk niet iedereen aan. Het kan dan lastig zijn zo’n groep gemotiveerd te houden. Maar over het algemeen zijn de reacties positief.
Wat gebeurt er met de oogst?
Je kunt natuurlijk meerval of tilapia in het bassin kweken, maar omdat je die op school niet mag slachten, werken we met koikarpers. Die doen het goed: ze kwamen als zeer jonge vis binnen en zijn nu zo’n 30 centimeter. De groente die we kweken wordt binnen het vak ‘’verwerking agrarische producten’’ bereid en opgegeten.
Wat is de volgende stap?
In toekomst willen we kijken op welke manier we de vraagstukken rondom mondiale voedseltransitie kunnen vertalen naar concrete lesstof die de leerlingen begrijpen en waarmee ze leren nadenken over hoe het anders zou moeten. Er is nu een lespakket over water, waterkwaliteit, verspilling, en beschikbaarheid van zoetwater. Onze fossiele brandstoffen putten uit, en de leefbaarheid op aarde gaat in de toekomst veranderen. Met het creëren van awareness leren onze leerlingen hoe we deze aarde goed doorgeven aan volgende generaties.