@ Tim van Batenburg, volgens mij is dat een definitiekwestie. Een dag is per definitie precies 24 h, een uur per definitie 60 min en een min per definitie 60 sec. Deze tellen daarom niet mee in significantie. Ik zou zeggen dat de leerling in jouw geval het 3e bolletje niet krijgt, mits de completering van de vraag verder goed is gedaan.

Eigenlijk zou er over deze vraag toch geen discussie gevoerd hoeven worden. Een dergelijke vraag zou in V6 toch foutloos gemaakt moeten worden. #ikblijfdromen

Vraagje: een leerling die in de berekening opschrijft 1 mijl ipv 1,000000 mijl en verder alles goed doet en het antwoord in zes significante cijfers zet (zoals het CV) , krijgt die dan wel of niet het laatste bolletje? Het is onmiskenbaar dat er 1,000000 gebruikt is natuurlijk, maar de syllabus zegt: ''Om het significantiepunt te krijgen moet het aantal significante cijfers overeenkomen met het juiste aantal significante cijfers op basis van de gegevens in de vraag en de berekening van de kandidaat. ''
 

Wat doen jullie in dit geval?

@Dirk Verbaan en @Garmt de Vries-Uiterweerd. 

Over het antwoord "Denise heeft de laatste mijl in 19,5725 seconden afgelegd" stelt  Algemene regel 3.1 dat dit antwoord volledig juist is en dus alle punten worden toegekend. Pas als het anwoord gedeeltelijk juist is, ga je naar de bolletjes kijken (algemene regel 3.2). Zo heb ik het op de NVON-nakijkcursus geleerd. En dat vind ik ook wel logisch:"hoe kan een leerling anders op dit antwoord komen (dan het goed te doen?). We adviseren onze leerlingen natuurlijk niet alleen een antwoord te geven, we leren ze: schrijf formules op, geef uitleg, laat zien waar je het vandaan hebt.

@de Vries:

Formule niet opschrijven, prima. Andere aanpak, helemaal ok. Maar een berekening moet er wel bij. Als er op het antwoordblad alleen maar staat "De laatste mijl is in 19.5725 s afgelegd", dus zonder verdere toelichting, dan is dat geen punten waard (regel 3.6). 

@Garmt de Vries-Uiterweerd

Helemaal mee eens! Geen berekening = geen punten (3.6)

@Martijn van Aken (en anderen), nog even over 19,5724 s vs 19,5725 s,

Mening van een gewaardeerd ambtgenoot die ik jullie niet wil onthouden: 
"Ik zou in onderhavig geval altijd kiezen voor de leerling. Naast het feit dat als het cijfer niet significant is, deze invloed niet zou moeten hebben wellicht (daar is over te discussiëren), is het feit dat het een “5” is wezenlijk hier. De keuze om een 5 naar boven af te ronden is namelijk arbitrair."

Ik ben geneigd 19,5724 wel goed te rekenen!

Ik stel de vraag nogmaals omdat ik benieuwd ben hoe ik dit nu moet beoordelen:

een leerling die in de berekening opschrijft 1 mijl ipv 1,000000 mijl en verder alles goed doet en het antwoord in zes significante cijfers zet (zoals het CV) , krijgt die dan wel of niet het laatste bolletje? Het is onmiskenbaar dat er 1,000000 gebruikt is natuurlijk, maar de syllabus zegt: ''Om het significantiepunt te krijgen moet het aantal significante cijfers overeenkomen met het juiste aantal significante cijfers op basis van de gegevens in de vraag en de berekening van de kandidaat.'' Leerling heeft wel die 1,000000 gebruikt maar 1 opgeschreven.
 

Wat doen jullie in dit geval?

@bastiaan

die verliest wat mij betreft het significantiepunt

Bij opschrijven 1 mijl zou ik het significantiepunt zeker WEL geven. Leerlingen schrijven wel vaker iets afgeronds of ingekorts op in een berekening. Pas als je terugziet aan een afwijkend antwoord dat ze ook echt die afgeronde waarde gebruikt hebben ipv de onafgeronde, en deze afronding bovendien meer afgerond is dan mag op grond van de gekozen eind-significantie, dan vervalt significantie voor mij. De significantie van de mijl was bovendien gegeven in de opgave dus leerling kan dat wel als duidelijk veronderstellen.

@Saarloos Serieus? Ik ben dan echt team @ Jante Salverda hier, net als leerlingen bij het opzoeken van natuurconstanten uit tabel 7A wat mij betreft 'vrij' zijn om te bepalen welk deel daarvan ze overschrijven, ze ervaren namelijk ook tijdnood... zeker bij dit examen