Lijkt op het coëfficiëntenbolletje bij reactievergelijkingen. Als het eerste bolletje fout is, is het (bijna) onmogelijk om het derde bolletje nog te scoren, tenzij je er allemaal waterstofatomen bij gaat verzinnen. Vind ik onterecht. Ik ga de discussie wel aan met de de tweede corrector.

@Huijbers ik zou doen als De Wit. 3e bolletje is dus of de tekening van de leerling in structuurformule zich houd aan covalentie; wat ze ook tekenen.

@DeWit ik heb juist dat ik bijna altijd het 3e bolletje kan scoren. alleen als het niet covalent klopt mis je dat bolletje. Volledig in overeenstemming met indien'en

@Florian: Maar dan is het toch raar dat wanneer een leerling niks doet met de CN-groep deze een punt meer kan krijgen dan een leerling die hier het verkeerde aantal bindende elektronenparen tekent? Zie ook het indienantwoord voor 1p.

Ik vind dat ook nog steeds raar en vind dat het aanvullen van het juiste aantal bindende elektronenparen tussen CN fors aangerekend wordt hier. 
Maar ik vrees wel dat het CV weinig ruimte laat het anders te beoordelen. Anders had er gestaan 'rest van de structuurformule juist' o.i.d. er er lijkt nu bewust gekozen te zijn voor een andere formulering. 

Ik heb begrepen (kring) dat de 3e bol zo geformuleerd is om leerlingen die C=C niet inzien en extra H's gaan aanvullen om wel op de juiste covalentie komen toch de laatste punt te laten scoren. Jammer dat hierdoor CN zo hard wordt aangerekend. 

En wat als leerlingen er vanalles bijverzinnen? OH-groep, zuurgroep. CH2-NH2 maken van de CN-groep, maar covalantie klopt... is dat ok voor bol 3?

Of een leerling die wel C=C tekent, maar ook een ~ en dus een H gaat weghalen. Mag dat dan ook voor de laatste bol?

Eindelijk valt het kwartje bij mij: met de rest van de structuurformule wordt de correcte structuurformule bedoeld zoals afgebeeld. Leerlingen die extra H's of OH's verzinnen voldoen niet aan de correcte structuurformule (wel aan de covalentie, maar helaas: er is nog een voorwaarde). Leerlingen die de CN binding enkelvoudig tekenen, kunnen dus maximaal 1 pt krijgen als ze de C=C binding hebben getekend. Dat derde punt is ook verwarrend omdat een leerling die én de CN groep én de C=C binding goed tekent, eigenlijk het derde punt niet kan mislopen.

Ik ging in eerste instantie uit van de structuurformule die de leerling tekent. Dat leidt tot bizarre moleculen die toch tot een punt leiden; voor mijn gevoel klopte dat al niet. 

C-N lijkt mij ook nog maar 1 punt op kunnen leveren ipv 3. Dat is te vergelijken met kloppend maken van een reactievergelijking bij uitsluitend de juiste formules (en H ipv H2 kost dan ook vaak 2punten). Hier staat:  rest van de structuurformule in een structuurformule die voldoet aan de covalentieregels. Helaas voldoet C-N daar niet aan, dus dat kost 2 punten volgens mij. 

Lln die enkel C-N tekenen lopen ook volgens mij hierop idd al 2p mis.

Maar volgens mij is het dus ook zo dat als je ontbreken van juiste aantal bindingen (waardoor je bol 1 en/of 2 mist) anders oplost (bijvoorbeeld.met H) het 3e punt te halen is.

Volgens mij had er anders moeten staan: rest van de structuurformule JUIST en een structuurformule die voldoet aan covalentieregels.

Eens met @Steinvoort. 
Ik vind het zelf wel lastig te begrijpen /waarderen dat dat betekent dat de enige structuurformulevraag rond polymeren bij leerlingen die geen enkele notie hebben van additiepolymeren, nog 2 punten oplevert van 3. (ethaan met CN met drievoudige binding). 
En 3 x C met twee dubbele bindingen en aan de middelste CN met 3 bindingen levert ook 2 punten op, want alleen de covalentie en rest vd structuurformule is onjuist, dus bol 1 en 2 gescoord.

Het is jammer dat in alle onderzoekjes alleen gevraagd wordt naar het examen zelf en eigenlijk nooit naar het correctiemodel, want dat heeft best veel invloed op welk niveau je beoordeelt. In dit examen gaan er wel erg veel punten naar hele makkelijke vragen of onderdelen van vragen (vraag 8, 9, 11, 17, 20 (1 punt voor tabel overschrijven), 28 en op deze manier ook 34. Zou de N-term nu weer groter dan 1 zijn? 

Ik heb een vraag naar aanleiding van de antwoorden bij tweede correctie en de beoordeling van de eerste corrector.

Meerdere leerlingen hebben bij de structuur 1 of meerdere H's niet getekend aan de structuur, terwijl er minimaal 1 H wel gegeven staat. 
De eerste corrector is van mening dat een combinatie van streepjes en uitgeschreven H-tjes ook mag (wordt niet verboden).

Ik ben altijd van mening geweest dat het OF is. Dus OF streepjes zonder H's, OF streepjes met H's.

Iemand hier meer duidelijkheid over?

@Snel: Het mag allemaal doorelkaar:

H₂C–H
     |

mag dus