Mijn opa en oma woonden in een huis met een oppervlakte van ongeveer 28 m2. Daar woonden ze met zeven kinderen. Het huisje bestaat nu nog steeds en staat in het openluchtmuseum in Enkhuizen. Klein wonen was geen luxe maar bittere noodzaak. Het water werd opgevangen door de goten en met een kantelend gootje kon de hemelwaterafvoer van buiten naar binnen toe geleid worden. Zo had men als het regende ook stromend water in de ‘keuken’. Dat was een petroleumstel waar één pan op gezet kon worden. Het toilet was een kast op palen boven de sloot waar je in kunt zitten boven een gat. Niet alleen voor het gemak noemen we dit ook het gemak of ook wel secreet.
Terugkoppeling
Dit artikel is alleen toegankelijk voor leden van NVON. Wil je verder lezen?
Log dan eerst in