Ik heb het stukje uit de syl. ook nog eens door een taalkundige (die sign wel begrijpt) laten lezen 

Het is gebruikelijk om tussenantwoorden niet af te ronden of af te ronden op één significant cijfer méér dan in de uikomst. Als een kandidaat tussentijds bijvoorbeeld afrondt op het juiste aantal significante cijfers, kan dat een (kleine) afwijking in het eindantwoord geven. Dit wordt de kandidaat niet aangerekend. Bij vragen waarin significantie niet beoordeeld wordt, geldt dat elke tussentijdse afronding acceptabel is, mits rekenkundig correct is afgerond.

Die kan het niet anders interpreteren dan: als sign. niet wordt beoordeeld maakt het niet uit of je op 1,2,3,4 s.c. afrondt. Alles is acceptabel dus geen relatie meer met eindantwoord.
Anders had er echt wel gestaan: Bij vragen waarin significantie niet beoordeeld wordt, geldt dat een antwoord in een willekeurig aan s.c. mag zijn maar dat tussentijdse getallen wel tenminste hetzelfde aantal sc moeten hebben.

 

Nog even iets inhoudelijks voor de afwisseling.... Over het min-teken dat tussen haakjes staat. Als je de eerste methode gebruikt is het gangbaar (bij mij althans) om te stellen dat de arbeid van de remkracht W = -F*s is. Daarmee vind je dan F = 101 N en niet F = -101 N.