Planten kunnen niet ‘op zoek gaan’ naar water; zij zijn afhankelijk van de hoeveelheid water in hun directe omgeving. Dat betekent echter niet dat er op heel droge plaatsen geen plantengroei mogelijk is. In woestijnen regent het nauwelijks en is het vaak ook heel erg warm. Soms valt er jarenlang geen regen; maar er kunnen wel incidenteel hevige regenbuien optreden, waardoor droge dalen ineens veranderen in bruisende rivieren! Je zou misschien verwachten dat een gebied dat zo droog is als een woestijn geen plantengroei vertoont. Dat is een misvatting. Planten, die op (zeer) droge plaatsen kunnen overleven, hebben een specifieke bouw, morfologische aanpassingen waardoor zij waterverlies kunnen voorkomen.
In deze leeractiviteit wordt eerst kennis ‘opgefrist ‘over aanpassingen die planten kunnen bezitten om droogte te weerstaan. Daarna kan met behulp van microscopische preparaten of aan de hand van afbeeldingen de nadere bestudering van een aantal (droogte-)planten plaatsvinden (beantwoorden van vragen).
Suggesties voor een vervolg
Leeractiviteiten uit het boek ‘Water gewoon bijzonder’
Extra informatie
Artikelen uit het boek ‘Water gewoon bijzonder’
Leerling- en docentmateriaal
Planten die aangepast zijn aan een warm, droog milieu vertonen als algemene kenmerken: kleine bladeren, een klein aantal huidmondjes per oppervlakte-eenheid (https://nl.wikipedia.org/wiki/Huidmondje), concentratie van de huidmondjes aan de onderkant van het blad en behaarde bladeren met wasachtige oppervlakken. Sommige plantensoorten zich verder gespecialiseerd door hun specifieke wortelpatroon, door de mogelijkheid van opslag van water in de stengel, zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Succulent en door specifieke fotosynthetische processen, zie (https://nl.wikipedia.org/wiki/Fotosynthese\
Het materiaal dat nodig is om deze opdrachten uit te kunnen voeren is in de bijlagen (zie hieronder) te vinden.
Opdrachten:
Daarna kan nader onderzoek worden gedaan naar de kenmerken van een droog ecosysteem bijvoorbeeld een woestijn en er kan uitgezocht worden welke plantensoorten daar kunnen voorkomen (minstens vijf noemen en andere dan bij bovenstaande opdrachten al bestudeerd zijn). Daarbij moet duidelijk beschreven worden op welke wijze de genoemde plantensoorten zijn aangepast aan hun droge omgeving (werken in tweetallen en resultaten presenteren).
Bron(nen)
http://www.sbs.utexas.edu/mauseth/weblab/
Op deze website zijn foto’s van microscopische preparaten te vinden